Abraham ontslaapt en sterft in goede grijsheid, oud en verzadigd; hij wordt verzameld bij zijn manschappen.
9
Hem begraven zijn zonen Isaak en Ismaël, in de spelonk van de Machpela; in het veld van Efron, de zoon van Tsochar de Chitiet,- op het aanschijn van Mamree,
10
het veld dat Abraham heeft verworven van de zonen van Cheet; daar is Abraham begraven, met zijn vrouw Sara.
11
Het geschiedt na de dood van Abraham: God zegent zijn zoon, Isaak; Isaak zet zich neer bij de bron van Lachai Roï,- voor de levende die mij ziet’. ••