en zeg: hoor het woord van de Ene, koning van Juda die zetelt op de troon van David,- jijzelf, je dienaars en je manschap, allen die deze poorten binnenkomen!- ••
3
zo heeft gezegd de Ene: doet recht en gerechtigheid en redt een beroofde uit de hand van zijn onderdrukker,- zwerver-te-gast, wees en weduwe, kwelt hen niet en doet hun geen geweld aan, en onschuldig bloed, vergiet dat nooit in dit oord!-
4
want als ge het metterdaad doet, dit woord,- komen zullen dan binnen de poorten van dit huis: koningen die in plaats van David zetelen op diens troon, rijdend op wagens en paarden, hijzelf, zijn dienaren en zijn manschap;
5
en als ge niet hoort naar deze woorden,- dan heb ik bij mijzelf gezworen, is de tijding van de Ene, dat dit huis tot een puinhoop wordt! ••