Instellingen

1


Zo heeft gezegd de Ene:

daal af naar het huis van Juda’s koning,-
en spreek daar
dit woord

2


en zeg: hoor het woord van de Ene,

koning van Juda
die zetelt op de troon van David,-
jijzelf, je dienaars en je manschap,
allen die deze poorten binnenkomen!-
••

3


zo heeft gezegd de Ene:

doet recht en gerechtigheid
en redt een beroofde
   uit de hand van zijn onderdrukker,-

zwerver-te-gast, wees en weduwe,
kwelt hen niet en doet hun geen geweld aan,
en onschuldig bloed,
vergiet dat nooit in dit oord!-

4


want als ge het metterdaad doet,

dit woord,-
komen zullen dan
   binnen de poorten van dit huis:
   koningen die in plaats van David zetelen
   op diens troon,

rijdend op wagens en paarden,
hijzelf, zijn dienaren en zijn manschap;

5


en als ge niet hoort

naar deze woorden,-
dan heb ik bij mijzelf gezworen,
   is de tijding van de Ene,

dat dit huis tot een puinhoop wordt!
••