Instellingen

1


Psalm 138 (137) • Confitebor tibi. (v. David.)


U zal ik danken met heel mijn hart, ✡
tegenover goden u bemusiceren.

2


Ik zal mij buigen naar uw heilig paleis

en uw naam danken
om uw vriendschap, om uw trouw, ✡
want groter dan alles hebt gij gemaakt
uw naam,
ons toegezegd.

3


Ten dage dat ik riep hebt gij geantwoord, ✡

mij ruimte geschapen
   met kracht in mijn ziel.

4


U, Ene, zullen danken
   alle koningen der aarde, ✡

wanneer ze horen
de toezeggingen van uw mond.

5


Zij zullen zingen op de wegen van de Ene, ✡

dat groot is
de glorie van de Ene!

6


Want zo verheven is de Ene
   dat hij een vernederde aanziet ✡

en een hoogmoedige
van verre herkent.

7


Al moet ik ook gaan
   door een binnenst van benauwing,

gij doet mij leven,
tegen de toorn van mijn vijanden
zendt gij uw hand uit, ✡
uw rechterhand redt mij.

8


De Ene zal het voor mij voleinden,-
   Ene, uw vriendschap is voor eeuwig, ✡

laat niet varen de werken van uw handen!