als hij zomaar een dorp binnenkomt treden tien mannen, huidvraatlijders, hem tegemoet, die van verre blijven staan;
13
zij verheffen hun stem en zeggen: Jezus, meester, ontferm je over ons!
14
Hij ziet hen aan en zegt tot hen: trekt op en toont uzelf aan de heiligdomsdienaars (Lev. 13,49; 14,2-3)! En het geschiedt als zij gáán dat zij worden gereinigd.
15
Maar: één van hen ziet dat hij is geheeld en keert terug, met grote stem God verheerlijkend;
16
hij valt op het aanschijn neer voor zijn voeten, hem dankende; en híj is een Samaritaan geweest!
17
Maar ten antwoord zegt Jezus: werden niet de tien gereinigd?- de negen, waar zijn die?-
18
zijn er geen te vinden die terugkeren en God verheerlijken behalve deze eldersgeborene?
19
En hij zegt tot hem: sta op en trek verder,- je geloof heeft je gered!