Instellingen

25


En zie, er is een mens geweest in Jeruzalem

wiens naam Simeon was,
en deze mens was een rechtvaardige,
een vrome,
een verwelkomer van Israëls troosttoeroep;
heilige geestesadem is over hem geweest

26


en hem is door de heilige Geest voorspeld

dat hij de dood niet zal zien
voordat hij de gezalfde van de Heer
heeft gezien.

27


Gedreven door de Geest

komt hij naar het heiligdom,
en als de ouders
het jongetje Jezus binnenbrengen
om wat in de Wet gewoonte is
met hem te doen,

28


ontvangt ook hij het in zijn armen

en zegent God; hij zegt:

29


Meester, nu laat gij uw dienaar los

in vrede,- naar uw woord;

30


want mijn ogen hebben gezien

uw reddend werk

31


dat gij bereid hebt

voor het aanschijn van alle gemeenschappen:

32


licht tot ontsluiering van volkeren,

en de glorie van Israël, uw gemeenschap!

33


Zijn vader en moeder zijn verwonderd

over wat over hem wordt gezegd.

34


Simeon zegent hen en zegt tot Maria,

zijn moeder:
zie, deze ligt hier
tot val en opstanding van velen in Israël,
tot een teken dat wordt weersproken;

35


maar ook door je eigen ziel

zal een zwaard gaan;
zó zullen uit vele harten
overleggingen worden ontsluierd!