Naardense Bijbel > zoeken
Hij neemt een brood op, dankzegt, breekt het en geeft het aan hen, zeggend: dit is mijn lichaam dat voor u gegeven wordt; doet dit tot mijn gedachtenis!
Evenzo met de beker nĂ¡ de maaltijd, zeggend: deze drinkbeker is het nieuwe verbond door mijn bloed, dat voor u vergoten wordt;