Instellingen

1


maar op de eerste van de sabbatsweek

komen zij, diep in de morgen,
bij de gedenkplaats, dragende
de geurkruiden die ze hebben voorbereid.

2


Maar ze vinden de steen

afgewenteld van de gedenkplek,

3


maar als ze er binnenkomen

vinden ze het lichaam van de Heer Jezus niet.

4


En het geschiedt,

als ze daar niet verder mee kunnen:
zie, twee mannen komen bij hen staan
in bliksemend gewaad;

5


zíj raken in-bevreesd

en neigen hun gezichten ter aarde,
maar zij zeggen tot hen:
wat zoekt ge de levende bij de doden?-
hij is niet hier, nee, hij is opgewekt!-

6


maar gedenkt hoe hij tot u heeft gesproken

toen hij nog in Galilea was,

7


toen hij zei van de mensenzoon

dat hij moet worden prijsgegeven
in handen van zondige mensen,
gekruisigd worden en ten derden dage opstaan!

8


Zij worden zijn uitspraken indachtig,

9


keren terug van de gedenkplek

en verkondigen dit alles
aan de elf en al de overigen.

10


Maar het zijn geweest: Maria Magdalena,

Johanna, en Maria van Jakobus.
De overige (vrouwen) die met haar waren
hebben tot de apostelen hetzelfde gezegd.