Instellingen

38


Maar hij staat op, de samenkomst uit

en komt het huis van Simon binnen.
De schoonmoeder van Simon is in de greep
van een groot koortsvuur
en ze vragen hem om hulp voor haar.

39


Hij gaat aan haar hoofdeind staan

en bestraft het koortsvuur,
en dat laat haar los;
onmiddellijk is zij opgestaan
en hen gaan bedienen!

40


Maar bij het ondergaan van de zon

leiden allen die zieken hebben gehad
met velerlei kwalen
hen tot hem;
hij heeft aan elk van hen de handen opgelegd
en geneest hen.

41


Maar uit velen zijn ook demonieën weggegaan,

schreeuwend en zeggend
‘jij bent de zoon van God!’.
Hij straft ze af
en staat ze niet toe uit te spreken
dat zij weten dat hij de Gezalfde is.

42


Maar als het dag wordt

komt hij naar buiten
en trekt weg naar een plek in de woestijn;
en de scharen hebben hem opgezocht,
komen tot hem
en hebben hem vastgehouden,-
dat hij niet van hen zou wegtrekken!

43


Maar hij zegt tot hen:

‘ook aan de overige steden
moet ik het koningschap van God
aankondigen,-
omdat ik dáárvoor ben uitgezonden!’,

44


en is gaan prediken

in de samenkomsten van Judea.