Instellingen

12


Maar het geschiedt in deze dagen:

hij trekt uit naar het bergland
om te bidden,
en heeft er de nacht doorgebracht
in de aanbidding van God;

13


het geschiedt wanneer het dag wordt:

hij roept zijn leerlingen tot zich,
kiest er uit hen twaalf uit
die hij ook de naam ‘apostelen’,-

afgezanten geeft:

14


Simon, die hij ook Petrus noemt,

zijn broer Andreas,
Jakobus en Johannes,
Filippus en Bartolomeüs,

15


Matteüs en Tomas,

Jakobus van Alfeüs en
Simon met roepnaam ‘de Zeloot’,

16


Judas-ben-Jakob, en Judas Isjkariot

die (de) prijsgever wordt;