Maar als Jezus zich omkeert en aanschouwt dat zij (hem) volgen, zegt hij tot hen: wat zoekt ge?* In veel vertalingen begint hier vers 39 en schuift elk volgend vers in dit hoofdstuk een nummer op. Maar zij zeggen tot hem: rabbi, -vertaald wil dat zeggen: leermeester- waar houdt u verblijf?
|