opdat ieder die gelooft in hem eeuwigheidsleven heeft.
16
Want zozeer heeft God de wereld lief dat hij de zoon, de eniggeborene, geeft,- opdat ieder die in hem gelooft niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft.
17
Want God heeft de zoon niet tot de wereld gezonden om de wereld te veroordelen, nee, opdat de wereld door hem wordt gered;
18
wie in hem gelooft wordt niet veroordeeld; wie niet gelooft is reeds veroordeeld, omdat hij niet geloofd heeft in de naam van de eniggeboren zoon van God!-
19
maar dit is het oordeel: dat het licht in de wereld is gekomen en de mensen de duisternis meer hebben liefgehad dan het licht,- want hun werken zijn boos geweest;
20
want al wie slecht handelt haat het licht en komt niet tot het licht,- opdat zijn werken niet aan de kaak worden gesteld;
21
maar wie doet wat waarachtig is komt tot het licht,- opdat van zijn werken geopenbaard wordt dat zij in eenheid met God zijn bewerkt!