Instellingen

1


Maar als in deze dagen

de leerlingen vermeerderen,
geschiedt er een gemor
van de Helleenssprekenden
tegen de Hebreeuwssprekenden,
omdat in de dagelijkse bediening
hún weduwen verwaarloosd zijn.

2


Maar de twaalf roepen

de menigte van de leerlingen tot zich
en zeggen: het is ook niet juist
als wij het spreken over God nalaten
om tafels te bedienen;

3


maar, broeders,

kiest zeven mannen uit van goed getuigenis,
uit uw midden,
vol van geestesadem en wijsheid,
die wij zullen aanstellen
over wat hierin nodig is;

4


maar wíj zullen ons toeleggen

op het gebed
en de bediening van het woord!

5


Dit woord is voor het aanschijn

van heel de menigte juist,
en zij kiezen Stefanus uit,
een man vol van geloof
en heilige geest, en Filippus,
Prochorus, Nikanor, Timon, Parmenas
en Nikolaüs, een nieuwkomer uit Antiochië.

6


Hen stellen zij voor het aanschijn van

de apostelen,
en die bidden en leggen hun de handen op.

7


Het woord van God is zich blijven uitbreiden,

en het getal van de leerlingen
in Jeruzalem is zeer vermeerderd;
ook hebben ze met
een talrijke schare van de heiligdomsdienaren
gehoor gegeven aan het geloof.

8


Maar Stefanus heeft,

vol van genade en kracht,
grote wonderen en tekenen gedaan
in de gemeenschap.

9


Maar er staan sommigen op van de

zogeheten samenkomst der Libertijnen,
Cyreneeërs en Alexandrijnen,
en van die van Cilicië en Asia,
om met Stefanus te redetwisten,-

10


maar zij zijn niet sterk genoeg geweest

om weerstand te bieden aan de wijsheid
en de geestesadem
waarmee hij heeft gesproken.

11


Dán

werpen zij mannen op die zeggen:
wij hebben hem
lasterlijke woorden horen spreken
tegen Mozes en God!

12


Ze ruien de gemeenschap,

de oudsten en de schriftgeleerden op;
die staan ten slotte bovenop hem,
sleuren hem mee en leiden hem
naar het sanhedrin;

13


ze stellen ook valse getuigen op

die zeggen: deze mens
houdt niet op woorden te spreken
tegen de heilige plaats hier en de Wet;

14


want wij hebben hem horen zeggen

dat die Jezus de Nazoreeër
deze plaats zal ontbinden
en de zeden-en-gewoonten
die Mozes ons gegeven heeft
zal veranderen!

15


Allen die in het sanhedrin zitting hebben

staren hem aan
en zien zijn aanschijn
als was het het aanschijn van een engel.