Instellingen

21


als ge tenminste naar hem hebt gehoord

en in hem onderricht zijt
zoals waarheid is in Jezus,

22


dat ge tegen uw eerdere gedrag in

het oude mens-zijn moet afleggen
dat tegen de bedrieglijke verlangens in
te gronde gaat,

23


dat ge vernieuwd moet worden

door de geest van uw denken

24


en het nieuwe mens-zijn moet aantrekken

dat naar God geschapen is
in waarachtige gerechtigheid
en heiligheid.

25


Daarom: legt de leugen af en

‘spreekt waarheid,
ieder met zijn naaste’ (Zach. 8,16),
omdat wij ledematen van elkaar zijn;

26


‘weest toornig maar zondigt niet’ (Ps. 4,5):

laat de zon
over uw toorn niet ondergaan,

27


en geeft geen plek aan de uiteenwerper;

28


de dief moet niet meer stelen

maar zich liever moe maken
door met de eigen handen
het goed bijeen te werken,-
dan heeft hij iets om weg te geven
aan wie gebrek heeft;

29


laat geen enkel rot woord

uit uw mond voortkomen,-
alleen maar iets goeds, tot opbouw,
waar gebrek aan is;
dan geeft dat genade
aan allen die het horen;

30


bedroeft de heilige Geest van God niet

waarmee ge zijt gezegeld en gestempeld
tot aan de dag van de verlossing.

31


Laat alle wrok, drift, toorn,

geschreeuw en lastering
met alle kwaad van dien
van u worden weggenomen,

32


en weest jegens elkaar goedertieren,

barmhartig en elkander begenadigend,
zoals ook God in Christus
u begenadigd heeft!