1 | De kinderen: weest gehoorzaam aan jullie ouders, want dat is terecht.
| |
2 | ‘Eer je vader en je moeder’, dat is een eerste gebod met een verkondiging:
| |
3 | ‘opdat het je wél zal gaan en je lang zult leven op de aarde!’ (Ex. 20,12)
| |
4 | En de vaders: vertoornt uw kinderen niet, maar voedt ze op in de ‘lering en vermaning’ van de Heer!
| |
5 | De dienaars: gehoorzaamt aan hen die naar het vlees uw heren zijn ‘met vreze en beven’, in eenvoud van uw hart, zoals aan de Gezalfde;
| |
6 | niet met ogendienst, zoals mensenbehagers doen, maar als dienaars van Christus, die de wil van God doen met hart en ziel* Letterlijk: van ziel uit.,
| |
7 | bereidwillig dienstbaar als aan de Heer en niet aan mensen,
| |
8 | in het besef dat ieder al wat hij aan goeds doet zal terugkrijgen van de Heer, of hij nu dienaar is of vrije.
| |
9 | En de heren: doet hetzelfde jegens hen, en laat het dreigen achterwege, in het besef dat hun en uw Heer in de hemelen is en er geen aanneming van het aanschijn bij hem is!
| |
10 | Voor het overige, broeders-en-zusters van mij: weest krachtig in de Heer en in zijn sterke macht!
| |
11 | Bekleedt u met de wapenrusting van God, opdat ge kunt standhouden tegen de sluipwegen van de uiteenwerper;
| |
12 | want onze strijd is niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de gezagsdragers, tegen de wereldbeheersers van deze duisternis, en tegen de boze geesten in de hemelse gewesten.
| |
13 | Neemt daarom aan: de wapenrusting van God, opdat ge weerstand kunt bieden op de dag van het boze, en met inzet van alles uw werk doende standhoudt.
| |
14 | Houdt dan stand ‘uw lende omgordend met waarachtigheid’, ‘u bekledend met het pantser der gerechtigheid’,
| |
15 | ‘de voeten geschoeid met de bereidheid voor de verkondiging van de vrede’
(Jes. 11,5; 59,17; 52,7),
| |
16 | in dit alles opnemend het schild dat het geloof is, waarmee ge alle brandende pijlen van de boze zult kunnen doven;
| |
17 | ontvangt ook de ‘helm des heils’ (Jes. 59,17) en het ‘zwaard van de Geest’ (Jes. 11,4), dat is: het woord van God,-
| |
18 | in alle aanbidding en smeking te aller stond biddend in de kracht van de Geest, en daartoe nachtwaken houdend met alle volharding en smeking voor al de heiligen,-
| |
19 | ook voor mij, opdat, als ik mijn mond open doe, mij een woord gegeven wordt om in vrijmoedigheid bekend te maken het geheimenis dat de verkondiging is,
| |
20 | en waarvan ik, hoewel geketend, een gezant ben,- opdat ik er vrijmoedig mee mag zijn, zoals het mijn plicht is te spreken.
| |
21 | Opdat ook gíj te weten komt hoe het met mij is en wat ik doe, zal Tychikus u alles bekendmaken, de geliefde broeder en trouwe helper in de Heer
| |
22 | die ik hiervoor naar u toestuur, opdat alles over ons u ter kennis komt en hij uw harten zal bemoedigen.
| |
23 | Vrede aan de broeders-en-zusters, en liefde gepaard met geloof, van God de Vader en de Heer, Jezus Christus!
| |
24 | De genade zij met allen die onze Heer Jezus Christus liefhebben, in onverderfelijkheid! | |