Instellingen

1


Mijn kinderen, dit schrijf ik u

opdat ge niet zondigt;
en áls iemand zondigt,
dan hebben we een voorspraak bij de Vader:
Jezus Christus, de rechtvaardige;

2


híj is een zoenoffer voor onze zonden,

maar níet voor de onze alleen,
nee, ook voor heel de wereld.

3


En hieraan onderkennen we

dat we hem kennen:
als we zijn geboden houden.

4


Wie zegt: ik kén hem

en zijn geboden niet houdt,
is een leugenaar en
in hem woont de waarheid niet;

5


maar wie zijn woord houdt,

waarlijk, in hem is
de liefde van God volmaakt geworden.
Hieraan herkennen we dat we ‘in hem’ zijn:

6


wie zegt ‘in hem’ te blijven

hoort zelf te wandelen
zoals híj gewandeld heeft.

7


Geliefden, het is geen nieuw gebod

dat ik u schrijf, nee
het is een óud gebod
dat ge al hebt van het begin af:
het gebod van vanouds is
het woord dat ge hebt gehoord!

8


Toch schrijf ik u ook een nieuw gebod:

wat waarheid is bij hem, dat zij het ook bij u!-
omdat de duisternis voorbijgaat
en het waarachtige licht reeds schijnt;

9


wie zegt in het licht te wonen

en zijn broeder-of-zuster haat,
verkeert nog altijd in het duister;

10


wie zijn broeder-of-zuster liefheeft

woont blijvend in het licht
en struikeling is er bij hem niet;

11


wie zijn broeder-of-zuster haat

is in het duister en
wandelt in het duister,
en hij weet niet waar hij heengaat,
omdat de duisternis
zijn ogen heeft verblind.

12


Ik schrijf u, kinderen,

omdat u de zonden zijn vergeven
ter wille van zijn naam!

13


Ik schrijf u, vaders,

omdat ge hem hebt leren kennen
die er van het begin af is;
ik schrijf u, jongemannen,
omdat ge de boze hebt overwonnen.

14


Ik heb u geschreven, kinderen,

omdat ge de Vader hebt leren kennen,-
ik heb u geschreven, vaders,
omdat ge hem hebt leren kennen
die er van het begin af is;
ik heb u geschreven, jongemannen,
omdat ge sterk zijt
en het woord Gods in u blijft
en ge de boze hebt overwonnen:

15


hebt niet de wereld lief

noch wat in de wereld omgaat;
als iemand de wereld liefheeft,
woont de liefde voor de Vader niet in hem,

16


omdat al wat in de wereld omgaat:

het verlangen van vlees-en-bloed, alles
waar de ogen naar verlangen en
het pronken met bezit,
niet uit de Vader voortkomt
maar uit de wereld;

17


de wereld gaat voorbij,

en haar verlangen ook,
maar wie doet wat Gód wil,
blijft tot in de eeuwigheid.

18


Kinderen, het is de laatste ure:

ge hebt gehoord dat de anti-gezalfde komt,
en zo zijn er nu ook
vele anti-gezalfden opgekomen
en daaraan onderkennen we
dat het de laatste ure is;

19


uit ons zijn ze voortgekomen

maar ze waren niet ‘uit ons’:
want als ze uit ons waren geweest
dan waren ze wel met ons gebleven;
maar het moest openbaar worden
dat ze niet, die allen, ‘uit ons’ zijn.

20


Maar gij hebt uw chrisma-olie van

hem die heilig is
en allen zijt ge wetend;

21


ik heb u niet geschreven

omdat ge de waarheid niet zoudt weten,
nee, juist omdat ge haar weet
en omdat al wat leugen is
niet uit de waarheid voortkomt.

22


Als er íemand de leugenaar is,

dan wel wie loochent dat
Jezus de Gezalfde is;
dát is de anti-gezalfde,
die de Vader loochent en de Zoon;

23


ieder die de Zoon verloochent

heeft ook de Vader niet;
wie de Zoon belijdt
heeft ook de Vader.

24


U allen: wat ge gehoord hebt

van het begin af,
laat dat in u blijven;
als in u blijft leven
wat ge hebt gehoord van het begin af,
dan blijft gij ook ‘in de Zoon’ en
‘in de Vader’.

25


En dit is de verkondiging

die hij ons heeft verkondigd:
het eeuwige leven!

26


Dit alles had ik u te schrijven

over wie u misleiden;

27


en voor uzelf: de chrisma-olie

die ge van hem hebt ontvangen
blijft bij u, en ge hebt niet van node
dat iemand u onderricht,-
nee, zoals zijn chrisma-olie
u over alles onderricht,
zo is het ook wáár en geen leugen:
zoals hij u heeft onderricht,
blijft dáárbij!

28


Nu dan, kinderen, blijft bij hem!,

opdat we, als hij zal verschijnen,
vrijheid van spreken zullen hebben
en niet beschaamd
voor hem hoeven uitwijken
bij zijn nadering;

29


als ge weet dat hij een gerechte is,

onderkent dan
dat ieder die de gerechtigheid doet
uit hem geboren is.