Dan gaat de koning met zijn mannen naar Jeruzalem, op de Jeboesiet af, de ingezetene van het land; die zegt tot David, hij zegt: je komt hier niet binnen, zelfs blinden en lammen zullen je tegenhouden!- om te zeggen: David komt hier niet binnen!
Maar David bezet de burcht Sion,- dat is de Davidsstad.
8
David zegt op die dag: al wie een Jeboesiet verslaan wil moet hem raken in de waterstraal!- lammen en blinden háát Davids ziel! En daarom zeggen ze: blind en lam komt men het huis niet in!
9
David gaat zetelen in de bergveste en roept tot haar uit: Davidsstad! Dan bouwt David (een muur) rondom, vanaf het Milo op het huis aan.