Instellingen

29


Hij roept als naam voor hem uit
   ‘Noach’, troost,* Noach houdt verband met nacham dat uiteenlopende betekenissen heeft: troosten, spijt hebben, wraak uitoefenen. om te zeggen:

déze
zal ons troost verschaffen
   voor wat wij doen
   en voor de pijniging van onze handen

aan de –rode– grond
die de Ene vervloekt heeft.