Instellingen

8


De koning van Israël zegt tot Jehosjafat:

er is nog één man
   om door hem het de Ene te vragen,
   maar ik háát hem!,

want hij profeteert over mij nooit iets goeds,
   alleen maar kwaad:

Michajehoe, zoon van Jimla!
Jehosjafat zegt:
zó moet de koning het niet zeggen!