ik kwam langs jou voorbij en zag je aan: ziedaar, het was jouw tijd voor de tijd van liefkozingen; ik spreidde mijn vleugels over je uit en overdekte je naaktheid; ik bezwoer mij aan jou en kwam in een verbond met jou, is de tijding van mijn Heer, de Ene, en zo werd jij van mij;
|