als het de koning goeddunkt, moge dan een koninkrijkswoord van voor zijn aanschijn uitgaan, opgeschreven worden bij de wetten van Meden en Perzen en niet voorbijgaan,- dat Wasjti niet meer zal komen voor het aanschijn van koning Achasjverosj en de koning haar koningschap zal geven aan een naaste van haar die beter is dan zij;
|