Instellingen

4


Maar de vorsten der Filistijnen
   worden grimmig tegen hem

en de vorsten der Filistijnen zeggen tot hem:
   maak dat die man terugkeert!-

laat hij terugkeren naar zijn plaats
   waar jij hem hebt ingelijfd;

hij moet niet met ons afdalen in de oorlog
en ons niet tot tegenstrever worden
   in de oorlog;

waarmee
zal hij zijn heer behagen?,
is het niet
met de hoofden van deze mannen?-