Instellingen

12


Dan zegt de –rode– mens:

de vrouw die gij hebt gegeven
   om met mij te zijn,

zij gaf mij van de boom en toen at ik.

13


Dan zegt de Ene, God, tot de vrouw:
   waarom heb je dát gedaan?-

de vrouw zegt:
de slang heeft mij verleid en ik at!