Het is reeds een vergevorderd uur geworden; zijn leerlingen zijn tot hem gekomen en hebben gezegd: de plek is een woestijn, en het is reeds een vergevorderd uur!-
laat hen los, dan kunnen ze wegtrekken naar de veldhuizen en dorpen rondom en zich iets te eten kopen!
37
Maar ten antwoord zegt hij tot hen: geeft gíj hun te eten! Zij zeggen tot hem: moeten wij wegtrekken, voor tweehonderd dinar broden kopen en aan hen te eten geven?
38
Maar hij zegt tot hen: hoeveel broden hebt ge?- gaat eens zien! Als ze er kennis van genomen hebben zeggen ze: vijf!, en twee vissen!
39
Dan draagt hij hun op om allen aan te liggen, groepen naast groepen op het groene gras.
40
En zij vallen neer, perken naast perken, per honderd en per vijftig!
41
Hij neemt de vijf broden en twee vissen aan, kijkt op naar de hemel en zegent; dan breekt hij de broden en geeft ze aan de leerlingen, opdat die ze hun voorzetten; ook de twee vissen deelt hij uit aan allen.
42
Allen eten en worden verzadigd,
43
en aan brokken rapen ze op: twaalf korven vol, ook van de vissen.
44
Die de broden hebben gegeten, dat zijn vijfduizend mannen geweest.