Instellingen

39


Maar een van de gehangen kwaaddoeners

heeft hem gelasterd: ben jíj niet de Gezalfde?-
red dan jezelf en ons!

40


Maar ten antwoord straft de ander hem af

en brengt uit: vrees jij Gód niet
hoewel je in dit oordeel bent?-

41


en wíj terecht

want wat waardig is bij onze praktijken
nemen wij nu aan,
maar híj heeft niets gedaan wat misplaatst is!

42


En hij heeft gezegd: Jezus, gedenk mij

wanneer je aankomt in je koninkrijk!

43


En hij zegt tot hem: amen, tot jou zeg ik,

heden zul je er mét mij wezen,
in het paradijs.