nemen ze de takken van de palmen en komen naar buiten, hem tegemoet; ze hebben geschreeuwd: hosanna!- gezegend hij die komt in naam van de Heer!- de koning van Israël! (Ps. 118,26 en Ps. 89,19)
14
Maar Jezus vindt een ezeltje en gaat daarop zitten, zoals is geschreven:
15
Vrees niet, dochter Sions (Jes. 40,9), zie, je koning komt, gezeten op het veulen van een ezel (Zach. 9,9)!
16
Dit herkennen zijn leerlingen eerst niet, echter, wanneer Jezus wordt verheerlijkt, dan worden zij indachtig dat deze dingen over hem zijn geschreven en dat ze deze dingen aan hem hebben gedaan.
17
De schare dan, die bij hem was toen hij Lazarus uit de gedenkplaats riep en opwekte uit de doden, is gaan getuigen;
18
daarom gaat de schare hem ook tegemoet, omdat ze horen dat hij dit teken heeft gedaan.
19
Dan zeggen de Farizeeërs tot elkaar: ge aanschouwt dat ge niets bereikt; zie, de hele wereld gaat weg hem achterna!