Instellingen

31


Wendt u nooit tot de dodenbezweerders
   en de waarzeggers,

zoekt ze niet op om u aan hen te bezondigen;
ik, de Ene, ben God-over-u!

32


Voor het aanschijn van grijze haren
   zul je opstaan

en opluisteren zul je het aanschijn
   van wie oud is;

ontzag zul je hebben voor wie je God is,
   ik, de Ene!

33


En stel, er zwerft bij jou
   een zwerver rond in uw land:

ge zult hem het leven niet zuur maken.

34


Gelijk wie uit u gesproten is
   zal voor u wezen
   de zwerver die bij u te gast rondzwerft:

je zult hem liefhebben, als jezelf,-
want zwervers-te-gast zijt ge geweest
   in het land van Egypte;

ik, de Ene, ben uw God!

35


Ge zult niet doen aan verdraaiing
   in de rechtspraak,

in de maat,
in het gewicht en in de inhoud.

36


Een rechtvaardige weegschaal,
   rechtvaardige weegstenen,

een rechtvaardige efa
   en een rechtvaardige maatkan,

laat dát er bij u wezen;
ik, de Ene, ben uw God,
die u heb uitgeleid uit het land van Egypte.

37


Bewaken zult ge al mijn inzettingen
   en al mijn rechtsregels

en doen zult ge ze;
ik, de Ene